De schrijfveer van vandaag is 'Maar die dingen gebeuren'. Of '....maar die dingen gebeuren.' En ik weet even helemaal niet waar dit postje verder mee gevuld zou kunnen worden.
Ik begin gewoon. Met het woordje 'maar'. En kijk wel waar ik uitkom.
'Maar' ontkracht dat wat net gezegd is. Voorbeeld: "Ik houd van je, maar..." Ja, hou je nu van me, of wil je iets anders zeggen? Of: "Die jurk staat je beeldig, maar..." In dit geval wordt hier een jurk gebruikt om eigenlijk iets anders te zeggen.
Ik oefen een tijdje en let heel goed op wanneer ik 'maar' zeg of hoor. En dat is zo on-tie-ge-lijk vaak. Nog meer dan 'zeg maar'. Dit laatste valt onder de categorie 'stopwoordjes', netals 'eh'. 'Zeg maar' heeft geen functie. Want door dat stopwoord te gebruiken, geeft men aan dat ook hier weer eigenlijk iets anders gezegd zou moeten of willen worden. Om de stilte op te vullen met een klank, om de aandacht scherp te houden? Maar: men durft niet eerlijk te zijn. Dus dan maar ... die dingen gebeuren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten